Argenta-Fund Finance Dynamic - Dis
Duurzaamheidsinformatie
Samenvatting
Bekijk de samenvatting van de duurzaamheidsinformatie
Geen duurzame beleggingsdoelstelling
Dit compartiment promoot ecologische of sociale kenmerken, maar heeft geen duurzame beleggingsdoelstelling.
Dit compartiment zal minimaal 20% van zijn activa in duurzame beleggingen investeren.
Om dit minimum van 20% te bereiken, belegt het via aandelen in bedrijven die een ESG (Environmental, Social & Governance) score hebben die behoort tot de beste van hun sector en die een duurzame economische activiteit uitoefenen die op een kleine (1%-10%), significante (10%-40%) of grote (>40%) positieve manier bijdraagt aan de verwezenlijking van één of meer duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development Goals (“SDG”)) of die overeenkomt met de doelstellingen van artikel 9 van Verordening (EU) 2020/852 ('Taxonomie Verordening').
Door zijn thematische aanpak wil het compartiment Finance Dynamic bijvoorbeeld inzetten op een betere toegang naar banking en verzekeringen, wat een positieve bijdrage heeft tot volgende SDGs:
- SDG 1: Geen armoede
- SDG 10 : Ongelijkheid verminderen
Andere beleggingen die inzetten op technologische innovaties die een democratizering van de bankdiensten promoten dragen bij tot volgende SDGs:
- SDG 8 : Eerlijk werk en economische groei
- SDG 9 : Industrie, innovatie en infrastructuur
De beheerder zorgt ervoor dat de duurzame beleggingen die het compartiment gedeeltelijk wil doen, geen significante schade toebrengen aan één van zijn ecologische of sociale duurzame beleggingsdoelstellingen door een uitsluitingslijst te gebruiken en door zijn duurzame aandelen te selecteren in de lijst van bedrijven waarvan ESG score behoort in ieder geval tot de beste 75% in hun sector.
Hoe is rekening gehouden met de indicatoren voor ongunstige effecten?
Bekijk de verklaring 2023 inzake de belangrijkste ongunstige effecten op de duurzaamheid
Ongunstige effecten worden in aanmerking genomen door middel van een grondige analyse van controverses en controversiële activiteiten en gerelateerde risico's (zie uitsluitingslijst). Deze beoordeling van de controverses houdt rekening met de verschillende ongunstige effecten in de onderstaande tabel en schat de impact van de controverses die verband houden met elke ongunstige impact in kwestie.
Verplichte / Aanvullend PAIs | Tabel | # | PAI-indicatoren | Domein | Aard indicatoren / Emmittent |
Het investeringsbeleid houdt rekening met deze PAI-indicator | Databron en beleid |
Verplichte | 1 | 1 | Emissie broeikasgassen | Emissie broeikasgassen | Milieu / Onderneming | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om de emissie van broeikasgassen gunstig te laten evolueren zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. Het monitoren van bedrijven die bepaalde normen nastreven is een essentieel deel van de opvolging van de gunstige evolutie. |
Verplichte | 1 | 2 | Koolstofvoetafdruk | Emissie broeikasgassen | Milieu / Onderneming | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om de koolstofvoetafdruk te verminderen zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. Het monitoren van bedrijven die bepaalde normen nastreven is een essentieel deel van de opvolging van de gunstige evolutie. |
Verplichte | 1 | 3 | Broeikasgassen intensiteit ondernemingen waarin is belegd | Emissie broeikasgassen | Milieu / Onderneming | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om de intensiteit van de emissie van de broeikasgassen te verminderen zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. Het monitoren van bedrijven die bepaalde normen nastreven is een essentieel deel van de opvolging van de gunstige evolutie. |
Verplichte | 1 | 4 | Blootstelling aan ondernemingen actief in de sector fossiele brand stoffen | Emissie broeikasgassen | Milieu / Onderneming | JA | Investeringen in fossiele brandstoffen worden voor bedrijven uit de nutssector toegelaten onder de voorwaarde dat deze bedrijven meer hernieuwbare energie opwekken dan het gemiddelde van de nutssector. De blootstelling van bedrijven aan fossiele brandstoffen is beperkt tot 0% voor bedrijven uit de energiesector, en het tot 10% voor bedrijven uit andere sectoren. |
Verplichte | 1 | 5 | Aandeel verbruik en opwekking niet-hernieuwbare energie | Emissie broeikasgassen | Milieu / Onderneming | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om het aandeel verbruik en opwekking niet-hernieuwbare energie te verminderen zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. Het monitoren van bedrijven die bepaalde normen nastreven is een essentieel deel van de opvolging van de gunstige evolutie. |
Verplichte | 1 | 6 | Intensiteit energieverbruik per sector met grote klimaateffecten | Emissie broeikasgassen | Milieu / Onderneming | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om de intensiteit van het energieverbruik per sector met hoge klimaateffecten gunstig te laten evolueren zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. Het monitoren van bedrijven die bepaalde normen nastreven is een essentieel deel van de opvolging van de gunstige evolutie. |
Verplichte | 1 | 7 | Activiteiten met negatieve gevolgen voor biodiversiteitsgevoelige gebieden | Biodiversiteit | Milieu / Onderneming | JA | Controverses: Door de opvolging van controversies kunnen ongustige effecten op duurzaamheidsfactoren aan het licht komen. Moody's stelt hierover gedetailleerde risico analyse rapporten op. Afhankelijk van de ernst, frequentie en het al dan niet beperkt aanwezig zijn van communicatie over een doelgericht beleid kan via het stemrecht aan de emmittent bijsturing gevraagd worden (AAM heeft in samenwerking met ISS een duurzaam proxy voting beleid geimplementeerd). Bij zeer hoog risico wordt er overgegaan tot het uitsluiten van de emmittent. Bestaande posities in deze emmittent worden dan verkocht door de beheerders en zij zullen niet meer de mogelijkheid hebben om in deze emmittent te beleggen. |
Verplichte | 1 | 8 | Emissies in water | Water | Milieu / Onderneming | JA | |
Verplichte | 1 | 9 | Aandeel gevaarlijk afval en radioactief afval | Afval | Milieu / Onderneming | JA | |
Verplichte | 1 | 10 | Schendingen van de beginselen van het VN Global Compact of van de richtsnoeren voor multi nationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) | Sociale thema’s en arbeidsomstandigheden | Sociale / Onderneming | JA | Controverses: Door de opvolging van controversies kunnen ongustige impacten op duurzaamheidsfactoren aan het licht komen. Moody's stelt hierover gedetailleerde risico analyse rapporten op. Afhankelijk van de ernst, frequentie en het al dan niet beperkt aanwezig zijn van communicatie over een doelgericht beleid kan via het stemrecht aan de emmittent bijsturing gevraagd worden (AAM heeft in samenwerking met ISS een duurzaam proxy voting beleid geimplementeerd). Bij zeer hoog risico wordt er overgegaan tot het uitsluiten van de emmittent. Bestaande posities in deze emmittent worden dan verkocht door de beheerders en zij zullen niet meer de mogelijkheid hebben om in deze emmittent te beleggen. |
Verplichte | 1 | 11 | Ontbreken van procedures en compliancemechanismen voor het monitoren van de naleving van de beginselen van het VN Global Compact en de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen | Sociale thema’s en arbeidsomstandigheden | Sociale / Onderneming | JA | |
Verplichte | 1 | 12 | Niet-gecorrigeerde loonkloof tussen mannen en vrouwen | Sociale thema’s en arbeidsomstandigheden | Sociale / Onderneming | JA | |
Verplichte | 1 | 13 | Genderdiversiteit raad van bestuur | Sociale thema’s en arbeidsomstandigheden | Sociale / Onderneming | JA | |
Verplichte | 1 | 14 | Blootstelling aan controversiële wapens (antipersoneelsmijnen, clustermunitie, chemische wa pens en biologische wapens) | Sociale thema’s en arbeidsomstandigheden | Sociale / Onderneming | JA | Emittenten met blootstelling aan controversiële wapens worden geweerd van alle compartimenten van de Vennootschap. |
Verplichte | 1 | 15 | Intensiteit broeikasgassen (overheden/landen) | Milieu | Milieu / Staten | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om de intensiteit van de broeikasgassen gunstig te laten evolueren zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. Het monitoren van overheden die bepaalde normen nastreven is een essentieel deel van de opvolging van de gunstige evolutie. Special focus ligt om landen die het verdrag van Parijs ondertekent hebben en zo een explicite bijdrage nastreven tot het reduceren van broeikasgassen. |
Verplichte | 1 | 16 | Landen waarin is belegd met schendingen van sociale rechten | Sociaal | Sociale / Staten | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om de landen met zware schendingen van sociale rechten te weren. |
Verplichte | 1 | 17 | Blootstelling aan fossiele brandstoffen via vastgoedactiva | Fossiele brandstoffen | Milieu / Real Estate | n.v.t. | n.v.t. |
Verplichte | 1 | 18 | Blootstelling aan energie-inefficiënte vastgoedactiva | Energie-efficiënte | Milieu / Real Estate | n.v.t. | n.v.t. |
Aanvullend | 2 | 17 | Aandeel obligaties die niet zijn uitgegeven op grond van Uniewetgeving inzake ecologisch duurzame obligaties | Groene titel | Milieu / Staten | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om het aandeel obligaties die niet zijn uitgegeven op grond van Uniewetgeving inzake ecologisch duurzame obligaties gunstig te laten evolueren zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. |
Aanvullend | 3 | 19 | Gemiddelde score vrijheid van meningsuiting (overheidsinstanties) | Sociaal | Sociale / Staten | JA | Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om non-free landen zoals gedefinieerd door de Freedom House-lijst te weren. |
Het beleid t.a.v. Emissie broeikasgassen (PAI 1-6 + PAI 15 en aanvullende PAI 17)
Het duurzaam investeringsbeleid van AAM stelt zich als doel om de emissie van broeikasgassen gunstig te laten evolueren zonder zich een expliciet numeriek doel te stellen. Het monitoren van bedrijven die bepaalde normen nastreven is een essentieel deel van de opvolging van de gunstige evolutie. Ook overheden dienen hun bijdrage te leveren en dit wordt ook gemeten (PAI 15).
Belangrijk is ook dat al de compartimenten van de Vennootschap rechtstreekse investeringen in ondernemingen die actief zijn in de sector Energie (olie, gas en steenkool) met activiteiten die verband houden met PAI 4 “Blootstelling aan ondernemingen actief in de sector fossiele brandstoffen” uitsluiten. Dit heeft een belangrijke impact op de gerapporteerde waarde.
Het investeringsbeleid van het compartiment werkt tevens sterk ondersteunend om de emissie van broeikasgassen te verminderen. Dit komt tot uiting door de bijzondere aandacht aan hernieuwbare energie en energie-efficiëntie, een belangrijke thematische focus van Argenta.
Wat investeringen in obligaties betreft, zal de beheerder de nodige inspanningen leveren om “groene” obligaties op te nemen, rekening houdend met een passend allocatie beleid van het compartiment. Groene obligaties zijn obligaties met uitgesproken ecologisch karakter. Deze doelstelling is tevens een expliciete gekozen aanvullende milieu-indicator die momenteel door de beheerders van AAM in aanmerking genomen wordt, met name PAI 17 van Tabel 2.
Het beleid t.a.v. Biodiversiteit, Emissies in water en Gevaarlijk afval (PAI 7-9)
Ondernemingen maken onvoldoende informatie bekend die aan de definities van de verordening voldoen. Zodoende is het niet eenvoudig om hierover te rapporteren. Wel omvat het exclusie beleid van AAM de uitsluiting van bepaalde ondernemingen die pesticides produceren.
Bovendien houdt het duurzaam investeringsbeleid van AAM rekening met milieu-indicatoren PAI 7-9 door middel van het Controversy Risk Assessment van Moody's ESG Solutions. De beheerders krijgen via deze database een kijk op controverses in deze factoren. Als publieke informatie of beschuldigingen van betrouwbare bronnen een onderneming aantijgen over de manier waarop ze omgaat met deze milieukwesties, zal dit in de risicoanalyse opgenomen worden.
Voor controverse in deze factoren wordt een Severity score (“ernstgraad”) bepaald en dit op basis van de omvang, de reikwijdte en de remediërende/onherstelbare aard van de controverse voor zowel stakeholders als ondernemingen. Er zijn vier ernstniveaus in het kwantificatiesysteem van AAM: Kritiek, Hoog, Aanzienlijk en Minder belangrijk, waarbij 'Kritiek' het hoogste niveau is.
Mocht blijken dat een onderneming een ernstniveau ‘Kritiek’ bereikt en een slecht remediërend beleid voert inzake de aanpak van controverses kan dat zelfs leiden tot een effectieve uitsluiting van de onderneming. Bestaande posities in deze emmittent worden dan verkocht door de beheerders en zij hebben dan niet meer de mogelijkheid om te investeren in een dergelijk bedrijf.
Proxy voting - Stemmen bij volmacht
AAM implementeert, in samenwerking met ISS, een proxy voting beleid voor de aandeelhoudersvergaderingen van de ondernemingen in portefeuille. Voor bedrijven die betrokken zijn bij controverses in zake milieu-indicatoren PAI 7-9 en de gevolgen op de maatschappij onvoldoende aanpakken, zal AAM redelijke voorstellen van aandeelhouders steunen die bedrijven vragen om aanpassingen te maken in het duurzaamheidsbeleid om gunstige evolutie op deze milieu-indicatoren te bekomen. AAM zal ook onder meer stemmen over voorstellen van het management waarin AAM als aandeelhouder gevraagd wordt het actieplan van de onderneming voor deze milieu-indicatoren goed te keuren, rekening houdend met de volledigheid en striktheid van het plan. Op deze manier tracht AAM via de proxy voting bedrijven aan te sporen om belangrijke stappen te zetten in het beheer van bepaalde milieufactoren.
Het beleid t.a.v. sociale indicatoren (PAI 10-13 en aanvullende PAI 19)
Het duurzaam investeringsbeleid van AAM houdt rekening met sociale indicatoren PAI 10-13 door middel van het Controversy Risk Assessment van Moody's ESG Solutions. De beheerders krijgen via deze database een kijk op controverses in deze factoren. Als publieke informatie of beschuldigingen van betrouwbare bronnen een onderneming aantijgen over de manier waarop ze omgaat deze sociale kwesties, zal dit mee in de risicoanalyse opgenomen worden.
Voor controverse in deze factoren wordt een Severity score (“ernstgraad”) bepaald en dit op basis van de omvang, de reikwijdte en de remediërende/onherstelbare aard van de controverse voor zowel stakeholders als ondernemingen. Er zijn vier ernstniveaus in het kwantificatiesysteem van AAM: Kritiek, Hoog, Aanzienlijk en Minder belangrijk, waarbij 'Kritiek' het hoogste niveau is.
Mocht blijken dat een onderneming een ernstniveau ‘Kritiek’ bereikt en een slecht remediërend beleid voert inzake de aanpak van controverses kan dat zelfs leiden tot een effectieve uitsluiting van de onderneming. Bestaande posities in deze emmittent worden dan verkocht door de beheerders en zij hebben dan niet meer de mogelijkheid om te investeren in een dergelijk bedrijf.
Proxy voting - Stemmen bij volmacht
AAM implementeert, in samenwerking met ISS, een proxy voting beleid voor de aandeelhoudersvergaderingen van de ondernemingen in portefeuille. Voor bedrijven die betrokken zijn bij controverses in zake sociale indicatoren PAI 10-13 en de gevolgen op de maatschappij onvoldoende aanpakken, zal AAM redelijke voorstellen van aandeelhouders steunen die bedrijven vragen om aanpassingen te maken in het duurzaamheidsbeleid om gunstige evolutie op deze sociale indicatoren te bekomen. AAM zal ook onder meer stemmen over voorstellen van het management waarin AAM als aandeelhouder gevraagd wordt het actieplan van de onderneming voor deze sociaal gerelateerde indicatoren goed te keuren, rekening houdend met de volledigheid en striktheid van het plan. Op deze manier tracht AAM via de proxy voting bedrijven aan te sporen om belangrijke stappen te zetten in het beheer van bepaalde sociale factoren.
Het beleid t.a.v. vrijheid van meningsuiting (aanvullende PAI 19)
Voor de aanvullende indicator PAI 19 van tabel 3 “Gemiddelde score vrijheid van meningsuiting” gaat de beheerder over tot een indeling tussen vrije, gedeeltelijk vrije en niet-vrije landen. Deze vrijheidsgraad beoordeelt aan de hand van het onafhankelijke programma Freedom House in hoeverre politieke en maatschappelijke organisaties vrij kunnen handelen. Landen die niet vrij zijn, worden uitgesloten van de portefeuille.
Het beleid t.a.v. controversiële wapens (aanvullende PAI 14)
Bedrijven met activiteiten die verband houden met de indicator PAI 14 “Blootstelling aan controversiële wapens” zijn uitgesloten van het beleggingsuniversum van alle compartimenten van de Vennootschap.
Het beleid t.a.v. landen waarin is belegd met schendingen van sociale rechten (aanvullende PAI 16)
Wat deze sociale indicator met betrekking tot beleggingen in staatsobligaties betreft wordt door de beheerder een analyse van de uitgevende landen uitgevoerd op basis van de lijst van door de Europese Unie gesanctioneerde landen.
De beheerder noteert het aantal landen dat onderhevig is aan sociale schendingen (absoluut aantal en relatief aantal gedeeld door alle landen waarin het compartiment belegt), zoals vermeld in internationale verdragen en conventies, de principes van de Verenigde Naties en, indien van toepassing, , nationale wetgeving. Het duurzaam investeringsbeleid sluit landen uit waarop Europese sancties van toepassing zijn.
Hoe zijn de duurzame beleggingen afgestemd op de OESO-richtsnoeren voor multinationale ondernemingen en de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleen en mensenrechten?
Bij het analyseren van controverses evalueert Moody’s ESG Solutions alle bedrijven uit het universum op basis van de ‘UN Global Compact Principles’.
• Principe 1: bedrijven moeten binnen de grenzen van hun invloedssfeer de internationaal uitgevaardigde mensenrechten eerbiedigen.
• Principe 2: bedrijven moeten zich er altijd van vergewissen dat zij niet medeplichtig worden aan schending van de mensenrechten.
• Principe 3: bedrijven moeten de vrijheid van vakvereniging en de effectieve erkenning van het recht op collectieve onderhandelingen handhaven.
• Principe 4: de uitbanning van iedere vorm van verplichte en gedwongen arbeid.
• Principe 5: de effectieve afschaffing van kinderarbeid.
• Principe 6: de bestrijding van discriminatie in arbeid en beroep.
• Principe 7: bedrijven moeten voorzorg betrachten bij hun benadering van milieu-uitdagingen.
• Principe 8: bedrijven moeten initiatieven ondernemen om een groter milieubesef te bevorderen.
• Principe 9: bedrijven moeten de ontwikkeling en de verspreiding van milieuvriendelijke technologieën stimuleren.
• Principe 10: bedrijven moeten elke vorm van corruptie tegengaan, inclusief afpersing en omkoping.
Internationale duurzaamheidsnormen die door Moody's ESG Solutions worden gebruikt voor de ESG-beoordelingen zijn onder meer:
• the United Nations Global Compact (UNGC),
• the International Bill of Human Rights,
• the UN Agenda for Sustainable Development Goals,
• the International Labour Organization (ILO) conventions,
• the Intergovernmental Economic Organization (OECD) Guidelines for Multinational Enterprises,
• the International Organization for Standardization (ISO) 26000 Standards.
Ecologische of sociale kenmerken van het financiële product
Dit financiële product promoot ecologische en/of sociale kenmerken. Zo wordt in het beleggingsproces en de daaruit voortvloeiende selectie van beleggingen rekening gehouden met een interne analyse van de verantwoordelijkheid van emittenten die is opgesplitst in verschillende aspecten.
De beheerder geeft de voorkeur aan aandelen van bedrijven die een degelijk beleid voeren met betrekking tot de volgende E/S kenmerken:
Mensenrechten | Menselijke hulpbronnen | Milieu | Bedrijfsgedrag | Betrokkenheid van de gemeenschap |
Fundamentele rechten van de Mens | Sociale dialoog | Milieustrategie | Productveiligheid | Sociale en economische ontwikkeling |
Fundamentele Arbeidsrechten | Betrokkenheid van de werknemers | Preventie en bestrijding van vervuiling | Informatie aan klanten | Sociale effecten van producten en diensten |
Geen discriminatie | Reorganisaties | Groene producten en diensten | Klantenrelaties | Filantropie |
Kinderarbeid en dwangarbeid | Loopbaanontwikkeling | Biodiversiteit | Toeleveringsketen (contracten) | |
Verloning | Vergoeding | Water | Toeleveringsketen (arbeidsnormen) | |
Gezondheid en veiligheid | Energie | Toeleveringsketen (milieunormen) | ||
Werkuren | Luchtemissies | Corruptie | ||
Afvalbeheer | Anti-concurrentie | |||
Lokale vervuiling | Lobbyen | |||
Transport | ||||
Productgebruik en -verwijdering |
De beheerder vermijdt daarom beleggingen in emittenten die deze ecologische en/of sociale kenmerken ernstig schenden. Alle emittenten worden gescreend vanuit het perspectief van hun activiteiten en alleen emittenten die niet betrokken zijn bij controversiële (ernstige) activiteiten en niet actief zijn in bepaalde controversiële sectoren die deze ecologische en/of sociale kenmerken negatief beïnvloeden, kunnen worden geselecteerd. Hierbij wordt niet belegd in bedrijven waarvan de activiteiten niet beantwoorden aan de criteria zoals bepaald in de uitsluitingstabel. Zo zijn investeringen in activiteiten die schadelijk zijn voor de diergezondheid of die het overmatig gebruik van pesticiden die schadelijk kunnen zijn voor het milieu of de biodiversiteit aanmoedigen verboden.
Bovendien is één van de criteria die de duurzame beleggingen van AAM definieert, is die welke rekening houdt met de beste bedrijven op het gebied van ESG score. Enkel bedrijven die een ESG score hebben die behoort tot de beste 75% van hun sector komen in aanmerking om onder deze positieve selectie te vallen.
Door deze bedrijven te selecteren, geeft de beheerder de voorkeur aan de bovengenoemde ecologische en/of sociale kenmerken.
Beleggingsstrategie
De beleggingsstrategie steunt op een selectie van bedrijven op basis van een uitsluitingslijst (controversiële activiteiten en controverses).
Het wordt voor het deel duurzame beleggingen in de portefeuille versterkt door het criterium van bijdrage aan bepaalde SDGs of aan een duurzame economische activiteit die overeenkomt met de doelstellingen van artikel 9 van Taxonomie Verordening en door een selectie van bedrijven op basis van het principe van “best in class" van bedrijven met de beste ESG scores (alleen bedrijven die een ESG score hebben die behoort tot de beste 75% van hun sector komen in aanmerking voor investering).
Beoordelingsbeleid voor praktijken op het gebied van goed bestuur van de ondernemingen waarin is belegd:
Er wordt op twee manieren rekening gehouden met governancekwesties:
1. in de duurzaamheidscriteria en methodologie die Argenta in samenwerking met Moody's ESG Solutions heeft ingevoerd om de best presterende aandelen op het gebied van ESG-score te selecteren. Moody's ESG Solutions heeft de ESG-toepassingscriteria geclassificeerd:
Mensenrechten | Menselijke hulpbronnen | Ondernemingsbestuur | Milieu | Bedrijfsgedrag | Betrokkenheid van de gemeenschap |
Fundamentele rechten van de Mens | Sociale dialoog | Raad van bestuur | Milieustrategie | Productveiligheid | Sociale en economische ontwikkeling |
Fundamentele Arbeidsrechten | Betrokkenheid van de werknemers | Audit en interne controles | Preventie en bestrijding van vervuiling | Informatie aan klanten | Sociale effecten van producten en diensten |
Geen discriminatie | Reorganisaties | Aandeelhouders | Groene producten en diensten | Klantenrelaties | Filantropie |
Kinderarbeid en dwangarbeid | Loopbaanontwikkeling | Verloning van de leiders | Biodiversiteit | Toeleveringsketen (contracten) | |
Verloning | Vergoeding | Water | Toeleveringsketen (arbeidsnormen) | ||
Gezondheid en veiligheid | Energie | Toeleveringsketen (milieunormen) | |||
Werkuren | Luchtemissies | Corruptie | |||
Afvalbeheer | Anti-concurrentie | ||||
Lokale vervuiling | Lobbyen | ||||
Transport | |||||
Productgebruik en -verwijdering |
2. in de instructies voor proxy voting van AAM. Door gericht gebruik te maken van zijn stemrecht geeft de beheerder aan bedrijven aan hoeveel belang hij hecht aan bepaalde maatschappelijke normen, kan hij zich verzetten tegen resoluties die indruisen tegen deze normen of kan hij externe resoluties steunen die streven naar duurzame verandering. Het is een soort hefboom om het bedrijfsbeleid aan te passen.
Aandeel beleggingen
Welke activa-allocatie is er voor dit financiële product gepland ?
Het compartiment zal hoofdzakelijk beleggen in aandelen. Hoewel het geen duurzame beleggingsdoelstelling in de zin of SFDR Verordening heeft, zal het minimaal 20% van zijn activa in duurzame beleggingen investeren.
Het compartiment mag tot 10% van haar netto activa bijkomend investeren in aandelen van andere instellingen voor collectieve belegging in effecten (« ICBE’s »). De beheerders van de onderliggende ICBE’s deelbewijzen die niet zijn opgenomen in het aandeel duurzame beleggingen, dienen zich te houden aan de United Nations Principles for Responsible Investment. De minimale milieu- en sociale garanties van de onderliggende ICBE’s deelbewijzen opgenomen in het aandeel duurzame beleggingen worden gewaarborgd door de artikel 9-classificatie (duurzame beleggingsdoelstelling) in de zin van de SFDR Verordening of door het aandeel duurzame beleggingen van de deelbewijzen van de onderliggende ICBE’s die vallen onder artikel 8 van de SFDR Verordening.
Het compartiment voorziet ook in de mogelijkheid om tot 20% van zijn netto activa te beleggen in liquide middelen om lopende of uitzonderlijke betalingen te dekken, of voor de tijd die nodig is om te herbeleggen in activa die voldoen aan de algemene bepalingen van het prospectus of voor een periode die strikt noodzakelijk is in geval van ongunstige marktomstandigheden. Voor afdekkingsdoeleinden en om de beleggingsdoeleinden te verwezenlijken kan het compartiment ook gestructureerde financiële instrumenten en financiële derivaten inzetten.
De categorie # 1 Afgestemd op E/S kenmerken omvat de beleggingen van het gebruikte financiële product om te voldoen aan de ecologische of sociale kenmerken die het financiële product promoot.
De categorie #2 Overige omvat de overige beleggingen van het financiële product die niet zijn afgestemd op de ecologische of sociale kenmerken en die evenmin als duurzame belegging kwalificeren.
De categorie #1 Afgestemd op E/S kenmerken omvat :
- Subcategorie #1A Duurzaam omvat duurzame beleggingen met ecologische of sociale doelstellingen.
- Subcategorie #1B Overige E/S kenmerken omvat beleggingen die zijn afgestemd op de ecologische of sociale kenmerken die niet als duurzame belegging kwalificeren.
Monitoring van ecologische of sociale kenmerken
AAM stelt de criteria voor de uitsluitingslijsten vast en stelt deze lijsten minimum halfjaarlijks vast. Voor de analyse en het samenstellen van de lijst maakt AAM gebruik van gegevens van Moody's ESG Solutions en andere mogelijke bronnen.
AAM heeft gepaste interne controles met betrekking tot de naleving van deze uitsluitingslijsten geïmplementeerd. Deze controles worden uitgevoerd op twee niveaus : eerst door de beheerder en, op een tweede niveau, door de onafhankelijke risicobeheerfunctie.
De beheerder controleert voor iedere directe belegging of de voorgenomen belegging niet op de uitsluitingslijst staat. Dan doet de beheerder de investering niet.
Indien het compartiment belegt in een positie uitgegeven door een emittent die voorkomt op één van de uitsluitingslijsten, omdat deze emittent tijdens de halfjaarlijkse update aan één van de uitsluitingslijsten is toegevoegd, beschikt de beheerder over een bepaalde termijn om het betrokken effect te verkopen (3 maanden voor de aandelen).
Het duurzaam investeringsbeleid wordt beschreven in sectie “Integratie van environmental-, social, governance ("ESG") en duurzame kwesties in beheer” van het prospectus.
Methodologieën voor ecologische of sociale kenmerken
AAM stelt de criteria voor de uitsluitingslijsten vast en stelt deze lijsten minimum halfjaarlijks vast. Controverses hiertegen worden geïdentificeerd door Moody’s ESG Solutions, en gemeten aan de hand van drie parameters:
- De parameter ‘Severity’ geeft aan hoe ernstig een controverse is.
- De parameter ‘Responsiveness’ beschrijft de reactie en de ondernomen acties van het geviseerde bedrijf.
- De parameter ‘Frequency’ meet het aantal keren aan dat de controverse zich heeft voorgedaan.
De parameters krijgen een waarde van 1 tot 4. Wanneer de parameters van een geviseerd bedrijf de volgende scores behaalt, wordt het bedrijf opgenomen op de uitsluitingslijst, die door de beheerders van AAM wordt gehanteerd.
Severity score | Responsiveness Score | Frequency Score |
Critical (4/4) | Non communicative (4/4) | Persistent (4/4) |
Critical (4/4) | Reactive (3/4) | Persistent (4/4) |
Critical (4/4) | Non communicative (4/4) | Frequent (3/4) |
Wat de controversiële activiteiten betreft, meet Moody’s ESG Solutions de graad van eventuele betrokkenheid van de ondernemingen bij een controversiële activiteit aan de hand van de mate waarin het inkomen dat deze activiteit procentueel bijdraagt aan het totale inkomen van de onderneming. Voor elke activiteit werd een maximaal percentage van de omzet vastgelegd. Als bedrijven een negatieve impact hebben, worden ze uitgesloten van het beleggingsuniversum van de beheerders.
De uitsluitingscriteria en de maximumpercentages worden gepubliceerd op de website www.argenta.lu/nl/duurzaamheid onder de titel "Bekijk de volledige uitsluitingslijst".
Databronnen en-verwerking
a) de gegevensbronnen die zijn gebruikt om elk van de door het financiële product gepromote ecologische of sociale kenmerken te bereiken
De database van Moody's ESG Solutions vormt de basis van de analyses van de beheerder. Het bevat de volgende dataset:
- ESG-data van Moody’s ESG Solutions en het risicobeoordelingskader Controversy voor inzichten van controverses en om de door het financiële product gepromote ecologische of sociale kenmerken te bereiken. Op basis van sector analyses wordt een Best in class selectie doorgevoerd (het bepalen van de 75% beste leerlingen van de klas per sector). Het proces omvat dagelijkse screening van externe bronnen en interactie met emittenten voor hun feedback. Voor elke controverse wordt een gedetailleerde analyse uitgevoerd volgens Moody’s ESG Solutions onderzoeksmethode en kwaliteitsnormen, waarbij het onderstaande proces wordt gevolgd: van identificatie van informatie (met behulp van onder meer de Factive Dow Jones zoekmachine) over filtering en beoordeling tot validatie. Moody’s ESG Solutions zorgt ervoor dat alle bedrijven onpartijdig worden geanalyseerd en beoordeeld, met behulp van de meest actuele open source informatie afkomstig van:
➢ Bedrijven: websites, jaarverslagen, persberichten, brochures, catalogi, presentaties voor investeerders, enz. worden gescreend om elke positionering van een bedrijf over een geïdentificeerde controverse te identificeren. Moody’s ESG Solutions biedt uitgevende instellingen de mogelijkheid om op elk moment op controverses te reageren.
➢ Factiva Dow Jones: Moody’s ESG Solutions heeft toegang tot meer dan 33.000 publicaties wereldwijd van kranten, sectorgerichte tijdschriften en lokale publicaties. Nieuwsverhalen over de bedrijven worden uit honderden wereldwijde persbronnen gehaald. De Dow Jones Intelligent Indexing van Factiva, waarin de dochterondernemingen van alle genoemde emittenten zijn opgenomen, wordt regelmatig bijgewerkt. De bestreken talen zijn Engels en Frans.
- Bronnen van belanghebbenden: Moody’s ESG Solutions zoekt informatie op thematische websites zoals Greenpeace International, Business & Human Rights Resource Centre, Climate Liability News, China Labor Watch, Friends of the Earth, Amnesty International, OESO Contact Points, UNI Global Union, en vele andere. De sectordeskundigen van Moody’s ESG Solutions controleren ook regelmatig sectorspecifieke bronnen.
Vertrouwelijke informatie wordt niet gebruikt.
Voor sommige indicatoren gebruikt Moody’s ESG Solutions ook informatie uit sectorspecifieke bronnen. Voor indicator PAI 14 "Blootstelling aan controversiële wapens" bijvoorbeeld, gebruiken zij onder meer Landmine & Cluster Munition Monitor; Stop Explosive Investments; Don't Bank on the Bomb.
Om de uitsluitingslijst vast te stellen bekijkt Argenta ook de blootstelling aan fossiele brandstoffen a.h.v. sector ICB classificatie.
AAM implementeert, in samenwerking met ISS, een proxy voting beleid voor de aandeelhoudersvergaderingen van de ondernemingen in portefeuille. De beheerders kunnen de analyse m.b.t. de agendapunten van de algemene vergaderingen raadplegen. Deze informatie omtrent de uitvoering van het stembeleid wordt voor rapporteringsdoeleinden gebruikt. Deze informatie wordt op het investeringscomité van AAM besproken.
Voor bredere marktgegevens raadpleegt AAM Refinitv Eikon en Bloomberg.
b) de maatregelen die zijn genomen om de kwaliteit van de gegevens te waarborgen
AAM vertrouwt op externe bronnen en vertrouwt ook op interne kwaliteitsbeoordelingen. De gegevensleverancier Moody’s ESG Solutions is gecontroleerd op de kwaliteit van hun leveringsdiensten van ESG-gegevens. Hun ESG-beoordelingsmethodologie is gebaseerd op internationale normen en referentieteksten.
Moody's ESG Solutions maakt gebruik van openbaar beschikbare informatie. Hun informatieverzameling is daarom gebaseerd op:
» Alleen openbaar beschikbare informatie
» Uit identificeerbare en geloofwaardige bronnen
» Zelf gerapporteerde bronnen en bronnen van derden gebruiken
» Kwalitatieve en kwantitatieve informatie
Verantwoordelijke en identificeerbare analisten zitten achter elke ESG-beoordeling van een bedrijf.
Wanneer informatie verkregen uit bedrijfs- en openbare bronnen over het crisisbeheersingssysteem onvoldoende is, wordt dit aangegeven.
Hun onderzoeksmethodologieën en gegevensverzamelingsprocessen zijn ISO9001-gecertificeerd.
Het kwaliteitsmanagementsysteem van Moody's ESG Solutions is ISO 9001:2015 gecertificeerd voor de volgende activiteiten:
» de informatieverzamelings-, kwalificatie- en beoordelingsprocessen,
» de interne ontwikkeling van methodologieën,
» de productie, verkoop en levering van ESG-gegevens en afgeleide diensten.
Dataproviders worden benaderd om de datadekking waar nodig te vergroten.
c) de gegevensverwerking
AAM verzamelt gegevens uit verschillende databases (in excel/csv formaat of van website). De verschillende databases worden gealinieerd door unieke emittent-indentificatoren. Op deze manier wordt de inhoud gekoppeld aan de titels aanwezig in de portefeuille of aan referentieposities.
Gegevensverwerking kent verschillende vormen. AAM streeft ernaar om data-acquisitie zo geautomatiseerd mogelijk te laten verlopen om operationele risico's of onnodige menselijke tussenkomst te voorkomen.
De beheerders kunnen ze raadplegen, verder onderzoeken en integreren in investment cases.
Relevante functionele data worden tevens automatisch opgeladen in de fonds management tool voor het beheer en voor het risk management voor verdere compliance checks. Zo vermijdt AAM operationele risico's. Ook de rapportering die verzorgd wordt door een derde partij Anevis maakt gebruik van dezelfde databases. Op deze manier wordt er op een consequente wijze controlesystemen ingebouwd om de kwaliteit van de data doorheen de beheercyclus te waarborgen.
d) het aandeel geschatte gegevens
De data die AAM gebruikt zijn data die door dataleveranciers worden aangeleverd. AAM gebruikt in de regel geen inschattingen.
Nog niet alle ondernemingen maken informatie bekend die aan de definities van de SFDR Verordening voldoet. In dat geval wordt "geen informatie" vermeld in de database. AAM denkt dat financiële marktdeelnemers duidelijk zullen willen zien wat nu openbaar wordt gemaakt en wat niet.
Bij de gegevensverzameling door de dataleveranciers zelf worden soms schattingen gebruikt (bijvoorbeeld van % inkomsten). AAM verkiest hierin een conservatieve aanpak. Als er bijvoorbeeld geen exacte gegevens over de inkomsten van duurzame activiteiten zijn, gebruiken de beheerders een minimale schaling (Minor).
Daarnaast worden sommige indicatoren momenteel niet openbaar gemaakt of ontbreken er duidelijke normen uit de SFDR Verordening. In dat geval verstrekt AAM indirecte gegevens die zo nauw mogelijk aansluiten bij de definitie in de SFDR Verordening. Momenteel zijn de indicatoren PAI 7 en 17 volledig gebaseerd op indirecte gegevens. Bovendien vult AAM voor indicator PAI 1, en dus ook voor de indicatoren PAI 2 en 3, de feitelijke en afgeleide broeikasgasemissies aan met ramingen, voor zover er voldoende informatie is om een raming te maken.
In het bijzonder bij het bepalen van de ongunstige effecten op de biodiversiteitgevoelige omgevingen (PAI 7) gebruiken de beheerder een indirecte indicator die het geschatte aandeel van de faciliteiten van een bedrijf weergeeft dat een negatieve invloed kan hebben op gebieden die van groot belang zijn voor de biodiversiteit, wat betekent dat zij " geassocieerd zijn met een industrie die een grote impact heeft op de natuurlijke omgeving’.
Hier stelt de dataprovider expliciet dat de Industrieën worden gerangschikt op basis van hun totale hulpbronneninput (totale watervoetafdruk, akkerlandareaal, bebost areaal en input van grondstoffen) en hun emissie-output (stikstof- en fosforemissies) en gegroepeerd per land. Ze gebruiken de Multi-Regional Input Output (MRIO) dataset van The Eora Global Supply Chain Database, die schattingen geeft van het verbruik van hulpbronnen en recente handelsvolumes tussen alle landen en industriesectoren (Lenzen et al. 2013). Faciliteiten die geassocieerd worden met een land met een hoge impact op de industrie worden gelabeld als faciliteiten met een potentieel negatieve impact op de biodiversiteit.
Voor overheden en landen zijn numeriek data sets moeilijker verkrijgbaar: bij voorbeeld de emissie broeikasgassen, die tevens gebaseerd zijn op inschattingen op basis van internationaal erkende methodologieën.
Ondanks de beperkingen die intrinsiek verbonden zijn aan de aanpak en aan het verzamelen van gegevens, stelt AAM alles in het werk om de meest nauwkeurige en uitgebreide methodologieën te gebruiken en om de rapportering op een zo transparant mogelijke manier te genereren.
Methodologische en databeperkingen
De beheerder wordt geconfronteerd met een zekere beperking in het verzamelen van gegevens over de duurzaamheid van bedrijven en overheden.
Enerzijds zijn bedrijven niet verplicht om ESG data aan te leveren en anderzijds is de dataverzameling van overheden zeer complex en arbeidsintensief.
AAM hanteert een risico averse benadering van de beperkingen van de methodologieën en data verzameling. Zo kunnen alleen bedrijven die zijn geanalyseerd en een ESG-score behalen bij de 75% best presterende bedrijven in hun sector positief worden geselecteerd.
Due diligence
Gedurende het gehele beleggingsproces wordt binnen AAM due diligence uitgevoerd. AAM heeft passende interne controles geïmplementeerd die gericht zijn op de naleving van duurzame beleggingen. Deze controles worden uitgevoerd op twee niveaus: eerst door de beheerder en op een tweede niveau, door de onafhankelijke risicobeheerfunctie.
Investeringsbeslissingen worden binnen het investeringscomité genomen na grondige voorbereiding door de beheerders waarbij rekening wordt gehouden met duurzaamheidsfactoren.
Nalevingscontroles met betrekking tot duurzaamheid worden uitgevoerd door de onafhankelijke risicobeheerfunctie vóór elke transactie, tegelijk met nalevingscontroles met betrekking tot de geschiktheid van nieuwe effecten: verenigbaarheid met het beleggingsbeleid en hun verenigbaarheid met het risicoprofiel van het compartiment (type instrument , prijs, volume en beschikbare liquiditeit).
Na elke berekening van de inventariswaarde zorgt AAM ervoor dat de portefeuille voldoet aan de wettelijke beleggingsbeperkingen en het beleggingsbeleid van het compartiment, inclusief de naleving van de duurzaamheidscriteria.
Als blijkt, tijdens een van deze controles dat het compartiment belegt in een positie uitgegeven door een emittent die voorkomt op één van de uitsluitingslijsten, omdat deze emittent tijdens de halfjaarlijkse update aan één van de uitsluitingslijsten is toegevoegd, beschikt de beheerder over een bepaalde termijn om het betrokken effect te verkopen (3 maanden voor de aandelen).
Als tegenstrijdige informatie zich voordoet, is de kernfilosofie van AAM het vermijden van risico's. AAM zal er in ieder geval voor zorgen dat niet-duurzame posities zo spoedig mogelijk worden geliquideerd.
Engagementbeleid
Duurzaamheid speelt een centrale rol in al wat AAM doet. Ook in het fondsenbeheer zet ze zich in om duurzaamheid te integreren in het beleid. De fondsbeheerders vragen dan ook aan de emittenten waarin ze investeren dat ze de beste ESG-praktijken nastreven en hun maatschappelijk rol op het vlak van duurzaamheid op te nemen.
De fondsbeheerders gaan het duurzaam engagement op verschillende manieren aan.
- Er zijn verschillende activiteiten waarin de fondsbeheerders niet willen investeren omdat ze schadelijk zijn of afbreuk doen aan bepaalde maatschappelijke waarden. Bij voorbeeld: controversiële wapens, tabak, gokken, pornografie en wapens.
- Via een dialoog met ondernemingen/fondsen maken ze ondernemingen/fondsen op een constructieve manier duidelijk dat duurzame kwesties een centrale plaats dienen in te nemen in hun beleid. Ze verzorgen deze dialoog met de ondernemingen in portefeuille vaak via een meer indirecte georganiseerde aanpak door gebruik te maken van gestuurde externe research. Dit wordt aangevuld via directe gesprekken met managementteams waar nodig.
- Mocht blijken dat de ondernemingen in portefeuille m.b.t. bepaalde controverses niet transparant communiceren of geen duurzaam corrigerend plan van aanpak kunnen voorleggen, kan dit tot een verkoop van het aandeel, of obligatie van de desbetreffende onderneming leiden.
- Door doelgericht gebruik te maken van hun stemrecht signaleren de fondsbeheerders aan de ondernemingen dat ze belang hechten aan bepaalde maatschappelijke normen, kunnen ze resoluties tegengaan die in strijd zijn met deze normen of kunnen ze externe resoluties steunen die duurzame veranderingen nastreven. Het is als het ware een hefboom om het beleid van de ondernemingen bij te sturen.
Op basis van de ingewonnen informatie vormen de fondsbeheerders een beeld van de belangrijkste uitdagingen bij het duurzaam beleggen, zijn ze in staat om bepaalde keuzes te maken in het gevoerde beleid en kunnen ze de bedrijven aansturen door het opgenomen engagement.
Om dit te verwezenlijken heeft AAM samenwerkingsverbanden aangegaan met twee dataleveranciers: Enerzijds Moody’s voor de integratie van de duurzaamheidsdata in het fondsenbeheer en anderzijds ISS voor de delegatie van het stemrecht ook wel proxy voting genoemd.
Beide dataleveranciers gaan op regelmatige basis een constructieve dialoog aan met de verschillende stakeholders zoals bestuurders en vertegenwoordigers van ondernemingen, institutionele aandeelhouders, dissidente stakeholders, sponsors van aandeelhoudersvoorstellen en andere partijen om een dieper inzicht en onderbouw te bekomen in vele “duurzame” kwesties en om materiële feiten te controleren die relevant zijn voor het beleggingsproces.
De besproken onderwerpen kunnen variëren van algemene beleidsperspectieven, inspanningen rond duurzaamheid tot specifieke stempunten. Soms wordt een dergelijke dialoog geïnitieerd door de dataleveranciers ISS of Moody’s, soms door de emittent of op initiatief van de aandeelhouders zoals de Fondsen.
Bijzondere aandacht wordt besteed aan milieustrategie en impact activiteiten die geïntegreerd zijn in het bedrijfsmodel van de onderneming - en eventuele toekomstige aanpassingen, waarvan de doelstellingen in de loop van de tijd worden gecontroleerd, op basis van zinvolle en kwantificeerbare indicatoren.
De resultaten en evaluatie van het engagement zullen in de door hen gepubliceerde verslagen tot uiting komen en meegenomen worden bij de interne evaluatie en gekaderd worden t.a.v. het uitgestippelde beleid.
Aangewezen referentiebenchmark
Dit financiële product wordt actief beheerd. Geen index wordt als referentiebenchmark aangewezen voor het bereiken van de ecologische of sociale kenmerken die door het financiële product worden gepromoot.
Bovenstaande informatie voor beleggers houdt op geen enkele wijze verband met uw persoonlijke situatie en vormt dus geen beleggingsadvies. Gelieve het Essentiële-Informatiedocument en het prospectus zorgvuldig te lezen alvorens een investeringsbeslissing te nemen. De rendementen, uitgedrukt in euro's zijn gebaseerd op historische gegevens die geen garantie voor de toekomst bieden. Ze worden berekend exclusief toeslagen en belastingen. De fiscale regels zijn van toepassing op particuliere beleggers die in België wonen. Ze hangen af van de individuele situatie van elke belegger en kunnen in de toekomst aan wijzigingen onderhevig zijn. Beleggingen in dit compartiment zijn onderhevig aan marktschommelingen en de belegger kan in sommige omstandigheden minder ontvangen dan hij/zij belegt. Amerikaanse staatsburgers zijn niet bevoegd om in te schrijven in de compartimenten van onze sicavs. De beheermaatschappij kan besluiten de commercialisatie van haar instellingen voor collectieve belegging stop te zetten, overeenkomstig artikel 93 bis van Richtlijn 2009/65/EG en artikel 32 bis van Richtlijn 2011/61/EU.