Stenen en koeien bepalen het resultaat van de historische presidentsverkiezingen in de VS.

Wat zijn de gevolgen voor de beurzen? De wereldwijde interesse en het moeilijk te overschatten geopolitieke belang van de Amerikaanse presidentsverkiezingen, contrasteren met de beperkte impact die hiervan in het verleden uitging op de financiële markten in het algemeen en de Amerikaanse aandelenbeurzen in het bijzonder.

Op korte termijn kan er weliswaar enige turbulentie worden toegeschreven aan het feit dat deze of gene kandidaat de overwinning claimt maar op middellange en lange termijn zullen fundamentele economische factoren een veel grotere invloed uitoefenen. Vooral de economische groei en de evolutie van de inflatie-indicatoren bepalen het wel en wee op de aandelenbeurzen en obligatiemarkten.  

De ontwikkeling van beide factoren is meestal toe te schrijven aan externe omstandigheden die in beperkte mate gelieerd zijn aan politieke wendingen, met uitzondering voor kortstondige effecten.

De economische en financiële evolutie van een land als de VS met een BBP van ruim $ 30.000 miljard duw je niet zomaar definitief in een bepaalde richting met enkele overheidsbeslissingen, zeker niet wanneer de regering op een andere lijn ligt dan de wetgevende Kamers. Het is vandaar betwijfelbaar of de verkiezing van een president een blijvende, betekenisvolle invloed kan uitoefenen, behoudens in zeer extreme omstandigheden.

Verkiezen de beurzen een republikeinse of een democratische kandidaat?

Ondanks de wijdverspreide misvatting die hierover bestaat, hebben de Amerikaanse aandelenbeurzen geen uitgesproken voorkeur voor presidenten van republikeinse of democratische signatuur. Er is geen betekenisvol verschil in de gemiddelde beursprestaties naargelang de politieke stal waaruit de gekozen kandidaat afkomstig is. Beide partijen leverden in het verleden presidenten onder wiens regimes topprestaties op de beurzen werden opgetekend, zoals de republikeinen Eisenhower of Reagan en democraten als Clinton of Biden.

Ook de uiteenlopende accenten in het programma waarmee de presidentskandidaten verkozen geraakten leidden in het verleden niet tot significante verschillen op de aandelenmarkten. Iedereen beseft immers dat er meestal een hemelsbreed verschil bestaat tussen wat een presidentskandidaat zegt en wat een verkozen president uiteindelijk doet[1].

Enerzijds, omdat onvoorziene omstandigheden hem (of haar) ertoe verplichten om andere dan de initieel voorziene politieke opties uit te voeren. Anderzijds omdat het veelvuldig voorkomt dat de meerderheid van het Congres tot de andere politieke groep behoort en de beslissingen van de president enkel zal ondersteunen voor zover dit ook overstemt met de eigen doelstellingen en men denkt hiermee electoraal garen te spinnen bij de volgende verkiezingen[2].

Vreemd genoeg vormt precies dit spanningsveld de optimale constellatie vanuit beursperspectief. De beste prestaties op de aandelenmarkten werden in het verleden immers geleverd bij een democratische bewoner van het Witte Huis en een volledige republikeinse bezetting van het Congres of toch minstens een meerderheid van de GOP[3] bij één van beide Kamers.

Minder interessant -maar nog steeds positief- is een situatie waarbij een republikeinse president wordt geconfronteerd met een meerderheid van de parlementaire zitjes voor de democratische partij in minstens één van de Kamers.

Een dergelijke opstelling[4] weerhoudt zowel de uitvoerende als wetgevende macht van al te drieste en ondoordachte maatregelen, zodat de financiële markten niet gehinderd worden door allerlei bruuske wijzigingen in het wetgevende kader. Het geheel wint hierdoor aan stabiliteit en voorspelbaarheid.

Dit gegeven verklaart ook waarom de midterm-verkiezingen[5] dikwijls een grotere impact hebben op de financiële markten dan de effectieve presidentsverkiezingen. De tussentijdse verkiezingen van een deel van het Huis van Afgevaardigden en de Senaat kunnen immers een belangrijke verschuiving veroorzaken in de verhouding tussen het Witte Huis en het Congres.

Leiden andere politieke accenten tussen de verschillen op de beurzen?

Ook uit de typische standpunten van beide partijen kun je vanuit beursstandpunt geen eenduidige voorkeur of afkeer uitspreken voor een van beide partijen. De democratische partij wordt traditioneel vereenzelvigd met hogere belastingen voor (grote) bedrijven en hogere inkomens[6]. De nadruk ligt hierbij op een evenwichtigere verdeling van welvaart[7].

Dit leidt zowel tot het afremmen als stimuleren van de economie: hogere belastingen leiden tot lagere consumptie maar houden tegelijk ook de inflatie laag en helpen om de begrotingstekorten te beperken, waardoor de langetermijnrente laag kan blijven. Dit vergemakkelijkt het opnemen van kredieten die op hun beurt de consumptieve bestedingen aanzwengelen.

Het republikeinse programma wordt gewoonlijk geassocieerd met lagere belastingen voor bedrijven en hogere inkomensklassen. Dit stimuleert ongetwijfeld de bedrijfsinvesteringen en particuliere consumptie aan maar leidt tot een verder oplopend begrotingstekort, toenemende inflatiedruk en hogere rente.

Het zijn telkens details, toevallige ontwikkelingen of onvoorziene externe omstandigheden die de impact van beleidsbeslissingen die het resultaat over de korte regeerperiode van een president bepalen. Behoudens kortstondige afwijkingen richten beurzen zich op trends op lange termijn, zoals de verwachte ontwikkeling van de productiviteit, bedrijfswinsten, rente, inflatie en de verwachte demografische evolutie.

Uit het verleden blijkt alleszins dat er geen lijn te trekken valt tussen de politieke oriëntatie van de verkozen presidentskandidaat en de beursprestatie tijdens de daaropvolgende regeerperiode. Maar this time is different, ook deze keer (sic).

It’s the economy, stupid[8] ... maar niet altijd.

Maar voor zover de economie niet effectief in een recessie verzeilt en de werkgelegenheid niet merkbaar onder druk komt te staan, zullen economische en financiële thema’s weinig directe impact hebben op de verkiezingsresultaten.

Trump schuift intussen de inflatiegolf van 2022-2023 voluit in de schoenen van huidige president en probeert de kwalijke prijsontwikkelingen electoraal te exploiteren. De basisoorzaak is echter het wanbeleid van de Amerikaanse centrale bank, die veel te laat ingreep bij de start van het inflatiegeweld en daarna de beleidsrente in een paniekreactie te hoog optrok zodat bedrijven zich genoodzaakt voelden om hun sterk gestegen financiële kosten door te rekenen aan de eindconsument. Hierdoor liep de inflatie nog hoger op.

Tot overmaat van ramp bleef de centrale bank de rente veel te lang op een te hoog peil houden, waardoor de Amerikaanse economie verontrustend snel afkoelt. De centrale bank wordt echter geleid door een voorzitter die nog onder Trumps regering werd benoemd.

De vorige voorzitters zoals Yellen en Bernanke waren - in tegenstelling tot Powell - uitmuntende economisten en zouden dit inflatie-debacle zonder twijfel hebben vermeden, of ten minste binnen acceptabele grenzen hebben gehouden. 

Contrasten in de visie op gevoelige maatschappelijke thema’s bepalen de verkiezingsuitslag.

De onderlinge verschillen in het fiscale programma en economische politiek vormen momenteel niet het belangrijkste discussiepunt tussen Trump en Harris. De meeste kiezers beheersen deze context immers onvoldoende om de nuances in de voorgestelde beleidsopties te begrijpen. De inflatie evolueert intussen in gunstige zin en er is (nog) geen voelbare recessiedreiging, zodat dit een exploiteerbaar thema betreft.

Beide kandidaten richten zich vandaar op thema’s met een grotere electorale hefboom. Deze strategie houdt vooral risico’s in voor de huidige vicepresident. De standpunten die de democratische partij[9] erop nahoudt inzake een aantal gevoelige maatschappelijke vraagstukken, wekken grote afkeer op bij veel traditionele kiezers in het midden van de VS. Deze voelen zich steeds meer geprangd tussen de liberale staten aan de Grote Meren en de kuststaten aan de Atlantische en Stille Oceaan.

Bij de vorige verkiezingen kon Biden echter niet meer rekenen op de steun van Florida, Noord- én Zuid-Carolina aan de Zuidelijke Oostkust. Het is absoluut zaak om deze swingstates terug in het democratische kamp te brengen om een kans te maken tegen de huidige republikeinse kandidaat[10].

In die zin vormt de aanduiding van Tim Walz als running-mate voor de democratische presidentskandidaat een bijzonder risico. De huidige gouverneur van Minnesota laat zich immers gemakkelijk vereenzelvigen met ultra-liberale standpunten en lijkt vandaar een gedroomd geschenk voor de republikeinse tegenstrevers.  In historisch perspectief is er echter zelden een positief of negatief effect op het verkiezingsresultaat dat éénduidig toewijsbaar[11] is aan de keuze van een kandidaat-vicepresident.

Mister Blue Sky ...

Het Amerikaanse begrotingstekort neemt intussen een dusdanige orde van grootte aan dat iedere partij zich bij de volgende verkiezingen onverkiesbaar maakt wanneer men het budget met klassieke middelen terug in het gareel wil krijgen. Belastingverhogingen of drastische besparingen leveren doorgaans geen electoraal voordeel op, zeker wanneer dit in dergelijke dramatische proportie moet worden doorgevoerd.

De voorstellen voor het toekomstige beleid van de Trump-regering lijken deze keer echter wél radicale wijzingen in te houden en de vermeende realisatie ervan kan grotere verschuivingen veroorzaken dan in het verleden. Maar het valt ook nu te betwijfelen of de verregaande beloftes die nu worden gemaakt, de toetsing aan de dagelijkse politieke realiteit kunnen doorstaan.

Trump meent over twee wonderwapens te beschikbaar om de dreigende wolkenmassa boven de Amerikaanse begroting te verdrijven.

Enerzijds wordt zijn stokpaardje opnieuw van stal gehaald: Rabiate verhogingen van importtarieven om de staatskas extra te spijzen met invoerheffingen. Maar tijdens zijn vorige regeerperiode bleek dat hij dit hobbelpaard niet onder controle kan houden. De vorige handelsoorlog met China, in diverse grimmige veldslagen uitgevochten tussen 2018 en 2021, was zeker geen unaniem Amerikaans succes.

Integendeel, door het wegvallen van internationale competitie stegen de binnenlandse consumentenprijzen in de VS terwijl de Chinese tegenmaatregelen de productieprijzen sterk deden oplopen. Vervolgens bracht de terugval in de vraag naar Amerikaans graan de landbouwers uit de Midwest in zware financiële problemen.

Beide kemphanen schoten zichzelf hierbij in de voet. Vietnam en India waren de lachende derde en vierde. 

De idee van tariefheffingen[12], nu ook toegepast op Europese producten, is echter dermate populair bij zijn aanhang dat Trump de resultaten van alle wetenschappelijke studies over de meer dan kwalijke gevolgen van de vorige handelsoorlog, ongetwijfeld gewoon naast zich neer zal leggen. Fake news.

Anderzijds kan er een substantiële besparing op korte termijn worden gerealiseerd wanneer de Amerikaanse militaire en financiële steun aan Oekraïne, Israël en Taiwan aanzienlijk teruggeschroefd wordt. Dit kan ofwel door zich geleidelijk te distantiëren, dan wel door beschermgeld te vragen of door een conflict versneld te beëindigen.

Naar eigen zeggen zou het laatste mogelijk zijn aan het Oostfront, indien Trump opnieuw aan de macht zou komen. Het tweede werd als mogelijkheid geopperd voor het aankomende conflict in Taiwan[13]. Afstand houden en terughoudendheid preken in het conflict in en rond Israël lijkt de aangewezen weg, waardoor het conflict geleidelijk kan bekoelen en de militaire uitgaven beperkt blijven. De republikeinse kandidaat geeft hieromtrent concretere aanwijzingen dan zijn opponent. Maar dat houdt vanzelfsprekend geen enkele garantie in.

Zijn er sectoren waar specifieke gevolgen voelbaar zullen zijn?

Bij gebrek aan overtuigend materiaal om een algemene conclusie te treffen over de draagwijdte van een overwinning van één van beide kandidaten, wordt dikwijls gekeken naar de impact in specifieke sectoren. Op het eerste zicht liggen de bruikbare beleggingsthema’s daar voor het grijpen.

Zo is het overduidelijk dat Trump de bank- en de energiesector zal bevoordelen. De eerste door verregaande deregulering, de tweede door fossiele brandstoffen uit hun verdomhoek te halen. De investeringsconclusies lijken duidelijk.

Maar dergelijke favoritisme is niet noodzakelijk positief voor de beursevolutie van de bedrijven uit deze sectoren. De afbouw van de bankregulering (of alleszins het vlot toekennen van uitzonderingen op de verscherpte bancaire regels) leidde enkele jaren later tot een catastrofe bij een aantal regionale banken, zoals Signature Bank en Silicon Valley Bank in 2023.

Vreemd genoeg leverden de aandelen in de Clean Tech-sector een veel betere return dan hun fossiele concurrenten tijdens de regeerperiode van ... Trump tussen 2016 en 2020. Het beleid van Biden bevorderde in ruime mate het gebruik van alternatieve energie, maar de aandelen in deze sector leverden tussen 2020 en 2024 een veel slechtere prestatie dan de traditionele, op fossiele brandstoffen gerichte, energiebedrijven...

Politiek favoritisme vormt zeker geen voldoende voorwaarde voor succes. Gelukkig maar. Vandaar ook dat het moeilijk blijft om uit het programma van Harris of Trump duidelijke krijtlijnen af te leiden die dienstig zijn bij het uitstippelen van een beleggingsbeleid.

Het volgende lijkt echter wél duidelijk: Met Trump in het Witte Huis komen de schijnwerpers alleszins meer te liggen op Amerikaanse bedrijven die op binnenlandse consumptie georiënteerd zijn, vooral wanneer hun voornaamste concurrentie uit China of Europa komt.

Wat de tariefzetting voor importheffingen betreft, heeft een president verregaande bevoegdheden en hoeft zich hierbij niet al te veel te storen aan dwarsliggers uit één van beide Kamers. Trump zal zich hierbij dan ook van de voorhamer bedienen.

Vandaar dat bij een republikeinse overwinning Chinese en Europese bedrijven naar een verre achtergrond worden verschoven. Bij de vorige handelsoorlog waren vooral Vietnam en India de winnaars. Dit scenario kan zich herhalen en investeerders trekken deze lijn wellicht door naar de toekomst.

De voorgestelde fiscale politiek zal vervolgens het binnenlandse verbruik aanzwengelen, lokale bedrijven inspireren tot meer investeringen en de geprivilegieerde positie van een aantal mega-bedrijven bestendingen.

Maar een aandelenportefeuille herpositioneren op basis van dergelijke uitgangspunten is niet zonder gevaar en maakt het resultaat erg afhankelijk van de capriolen van een president die zijn messiaanse trekjes nauwelijks nog verbergt en totaal onverwacht zijn mening 180 graden kan bijsturen, zelfs zonder dat hiervoor een onmiddellijke aanleiding bestaat. Vanaf het moment dat dergelijke figuren zich in hun macht of ego bedreigt voelen, is niemand veilig. Ook de machtige Big Tech-bedrijven niet.

Anderzijds kan een overwinning van de democratische kandidaat als ongunstig worden gezien voor de farmaceutische sector en voor Big-Tech maar een positief scenario vormen voor obligaties en de vrees wegnemen voor een pandoering op de Europese aandelenmarkten. Voor Chinese bedrijven brengt dit echter geen wijziging. De democratische partij is (minstens) even geneigd als haar republikeinse opponent om China te dwarsbomen[14]. Zo heeft Biden de torenhoge invoertarieven die zijn voorganger heeft opgelegd aan China, nooit afgeschaft of afgebouwd.

Is er een conclusie mogelijk?

De algemene impact van een overwinning van één van beide opponenten vormt een complexe puzzel waarbij onvoorziene details het eindresultaat bepalen. Ook specifieke conclusies voor sectoren vormen geen betrouwbaar investeringsthema. Als er een betekenisvolle beweging op de financiële markten volgt na de verkiezing van Harris of Trump, dan zal deze naar alle waarschijnlijkheid slechts van korte duur zijn en op middellange termijn vervagen.

De fundamentele trends inzake bedrijfsresultaten, rentevoeten, inflatieverwachtingen en risicopremies zullen gaandeweg de overhand krijgen en de impact van politieke beslissingen in ruime mate overstijgen.

Zolang er maar een duidelijke uitslag volgt uit de stembusslag, zullen we ons weten aan te passen aan de winnaar en ons geleidelijk herpositioneren, zonder overhaasting.

Het meest negatieve scenario bestaat vandaar in de lange periode van turbulentie die dreigt te ontstaan wanneer de einduitslag onzeker is of wordt gecontesteerd door Trump en zijn fervente achterban. Dit kan het machtigste land op deze planeet maandenlang ontregelen maar zal het uiteindelijk niet ontwrichten. 

Wie wint de Amerikaanse presidentsverkiezingen? Stenen en koeien bepalen het resultaat.

Het leidt ons inziens weinig twijfel dat Harris de meeste stemmen zal halen, gelet op grote overwicht van de democratische partij in bevolkingsrijke staten zoals New York en Californië maar door het disproportionele kiessysteem in de VS volstaat dit zeker niet.

In een nek-aan-nek race maakt het Amerikaanse kiessysteem de einduitslag grillig, onvoorspelbaar en afhankelijk van het specifieke stemgedrag in enkele kiesdistricten[15] van dunbevolkte staten. Was dat de reden dat de gouverneur van een dergelijke staat, Tim Walz uit Minnesota, als kandidaat VP werd aangeduid? Dit dreigt averechtse gevolgen te hebben. Hij omschreef immers dergelijke districten die voor de republikeinse tegenkandidaat kozen, als gebieden die enkel bewoond werden door rocks and cows. Zo maak je ook aldaar weinig vrienden...

Wij kijken alleszins niet uit naar nog eens vier jaar van wispelturigheid, onvoorspelbare stemmingswisselingen, gênante driftbuien en capricieus gedrag van de belangrijkste wereldleider, zoals we dat in de vorige regeerperiode van Trump moesten ondergaan. Aan zo’n achtbaan raak je nooit gewend. Maar als hij inderdaad met één telefoontje het conflict in Oekraïne kan beëindigen, dan zou dat vanzelfsprekend veel goedmaken. Als ...

We kijken evenmin uit naar een periode waar de VS door interne verdeeldheid als stuurloos wordt beschouwd, waardoor tegenstanders van het Westerse vrijheidsideaal hun kans schoon zien om allerlei smeulende geopolitieke broeihaarden te laten oplaaien.

Als de democratische kandidaat wint, laat het dan een overduidelijke, niet bediscussieerbare overwinning zijn.  Dat laatste zit er voorlopig nog niet in, vandaar dat de financiële markten een lichte voorkeur hebben voor een republikeinse president, best gecombineerd met een democratische parlementaire meerderheid. Niet uit sympathie, maar uit pure berekening.

Hoe dan ook, zal de uitkomst van de presidentsverkiezingen van 2024 als historisch bestempeld worden. Enerzijds is het voor eerst sinds 1893 dat een president wordt herkozen voor een tweede termijn in niet-opeenvolgende periodes[16].  Anderzijds zou Harris (eindelijk) de eerste vrouw worden die het hoogste ambt weet te bekleden.

Overstijg in tussentijd de absurdistische beledigingen waarmee beide groepen mekaar zullen trachten te besmeuren. Maar overstijg vooral ook de karikaturen waar de Europese pers zich van bedient om de republikeinse kandidaat ongenuanceerd te vernauwen tot een dolgedraaide narcist. Dat is naast de kwestie: Een flink deel van de Amerikaanse bevolking voelt zich bedreigd in haar culturele normen en eigenheid, onder meer vanuit Europa en de raciaal sterk gemengde kuststaten in de VS. Dit wordt electoraal handig uitgebuit. De eigenwaan en agressiviteit van hun beschermer wordt hierbij omgetoverd tot zelfvertrouwen. Dit is alleszins niet de mening van de meerderheid van de bevolking maar misschien wel van het aantal kiesmannen.

[1] De uitspraak van George Bush sr. bij de aanloop van de verkiezingen van 1988 is wellicht de meest illustratieve. Hij gebruikte als motto: Read my lips, no new taxes. Deze belofte moest hij al in 1990 laten schieten om een deal met de democratische oppositie rond te krijgen.

[2] Het is zeer typisch om te zien dat een presidentieel regime, gecombineerd met een disproportioneel kiessysteem steeds leidt tot een tweepartijenstelsel. In de politieke wetenschap staat dit bekend als de wet van Duverger, een specifiek politiek effect dat is vernoemd naar de Franse politicoloog Maurice Duverger.

[3] GOP is de afkorting van Grand Old’ Party, de veelgebruikte koosnaam voor de republikeinse partij.

[4] Een divided government was vroeger zeldzaam maar komt sinds 1970 veelvuldig voor.

[5] Kort door de bocht gesteld: De helft van de zetels van het Congres wordt na twee jaar in de ambtsperiode van de president aan verkiezingen onderworpen.

[6] In de huidige wetgeving worden specifieke belastingverminderingen voorzien voor inkomens boven $400.000 per jaar. Indien deze wet, de Taks cut & Jobs act uit 2017, niet wordt verlengd, dan vervallen deze voordelen automatisch.

[7] Voor de economisten onder ons: Kamala is de dochter van een befaamde economie-professor aan Stanford University, met name Donald (!) J. Harris die zeer nauw aanleunde bij het Marxisme en de niet-proportionele deelname van bepaalde bevolkingsgroepen aan de economische groei zag als de voornaamste bron voor de toename van de ongelijkheid in de VS.

[8] Dit was de succesrijke slogan waarmee Clinton in 1992 won van Bush sr. Toen was er inderdaad een stevige terugslag in de economie.

[9] Kamala Harris staat bekend als pragmatisch en gematigd. Maar dat is nog steeds te links om republikeinse kiezers aan te trekken en te rechts om groot enthousiasme bij de radicale-linkse vleugel van de democratische partij op te wekken. Tim Walz moet deze linkerzijde in het gareel houden. Even onnodig als de aanduiding van Vance als running mate bij de republikeinen, die de rechterzijde aan boord moet houden. In beide gevallen is er geen risico dat het stemgedrag aan beide extremen plots radicaal zou wijzigen. Het middenveld, dat wel regelmatig van kamp wisselt, wordt niet aangesproken. Vreemde strategie.

[10] De voornaamste factor om tot rode of blauwe kamp te behoren is de demografische samenstelling van de staat. Zo kleurt de staat New York al sinds 1930 blauw omwille van de diverse samenstelling van zijn bevolking en is Californië pas in 1992 terug te vinden in het democratische kamp, nadat de bevolking steeds meer Mexicaans getint werd. In Florida leidde dit tot een tegenovergestelde trend. De groei van Spaanssprekende bevolking-in meerderheid afkomstig uit Cuba en de Caraïben- en de onweerstaanbare aantrekkingskracht van de Sunshine State Florida op de gepensioneerde, blanke bevolking van de noordelijke staten van de VS, bracht Florida in het republikeinse kamp. Overigens, de kleuren waarmee de partijen in de VS geassocieerd worden, betreft een relatief recente keuze. Zoek er verder niets achter: Rood voor de republikeinen komt gewoon van de letter “r”, het blauw van de democraten werd in 2000 door een televisiezender gekozen omdat het op het Tv-scherm goed contrasteert met rood.

[11] John F. Kennedy merkte dat al schamper op in 1960 toen Lyndon B. Johnson door de democratische partij werd naar voor geschoven als zijn metgezel in de campagne tegen Nixon. Laat Johnson nu de enige uitzondering zijn op deze regel. Dankzij hem wist JFK zich van de steun van een aantal zuiderse staten te verzekeren, wat uiteindelijk leidde tot een nipte verkiezingsoverwinning.

[12] De financiële markten hebben een verregaande afkeer van dergelijke tariefstellingen. Enerzijds verstoren ze het economische evenwicht, anderzijds vormde de invoering van het vermaledijde Smoot-Hawley tarief in 1930 de rechtstreekse aanleiding tot de Grote Depressie, die enkel opgelost is geraakt door de tweede wereldoorlog. In de meeste geschiedenishandboeken wordt de oorzaak van deze ongeziene economische terugval verkeerdelijk in de voeten geschoven van de beurscrash van 1929. Het verband tussen beide is louter toevallig. Toen het Smoot-Hawley tarief werd ingevoerd in juli 1930 waren de gevolgen van de beursimplosie van 8 maanden voordien, al grotendeels weggewerkt. Net zoals bij de importtarieven die Trump rentelijker oplegde, stegen destijds de prijzen in de VS en kwam de landbouwsector nog meer onder druk te staan.

[13] China stuurt voorlopig niet aan op een militair conflict, maar stooft het “rebelse” eiland Taiwan langzaam maar zeker gaar. Dit gebeurt onder meer met sterk stijgende prijzen voor germanium en gallium, grondstoffen waar China over een quasi-monopolie beschikt en Taiwan, met zijn allesoverheersende halfgeleiderindustrie, erg om verlegen zit.

[14]De vijandige houding ten opzichte van China is het enige punt waar er over de partijgrenzen heen een brede consensus bestaat.

[15] Deze kiesdistricten worden voortdurend aangepast door de zittende meerderheid om zoveel mogelijk de eigen kandidaat te bevoordelen bij de volgende verkiezingen. Deze districten “meanderen” en vertonen een zeer onregelmatige geografie. Deze volkomen wettige techniek staat bekend als Gerrymandering.

[16] S. Grover Cleveland deed hem dat voor. Daarmee houdt de gelijkenis tussen Trump en Cleveland echter op. Om maar één opvallend verschil te noemen: Laatstgenoemde schafte de hoge invoertaksen van zijn voorganger, Benjamin Harrison, onmiddellijk af.